Hoogerheide en Huijbergen

woensdrecht 2

Sinds Watwaswaar per 1 januari dit jaar opgeheven is, staat er een hoop online op de website van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Voor deze serie duik ik in het kadaster over de periode 1811-1832. Welke grond bezaten mijn voorouders? Waar op die grond woonden zij misschien? Aan de hand van de topografische atlas 1836-1843 probeer ik ook uit te leggen wat de “aardrijkskundige context” was van deze grond. Vandaag deel 10 van deze serie: Woensdrecht secties B, C en D en Huijbergen sectie A t/m C: Hoogerheide en HuijbergenKlik hier voor de voorgaande delen en de overzichtskaart

Volgorde:

  • Adriaan van den Eijnden, ‘Hoogerheidensche Laag’
  • Christiaan de Vos, Hoogerheide-dorp
  • Salomon Nathan Frank, Hoogerheide-dorp
  • de boerderij De Vos, Hoogerheide

Adrianus (Adriaan) van den Eijnden (*Middelbeers, Oost-Brabant, 13/3-1755, ✞ Ossendrecht, West-Brabant, 30/10-1822) komt voor in veel stambomen in de Zuidwesthoek. In mijn bestand heeft hij nummer V136. Adriaan was smid van beroep en werd vermeld als afkomstig van Woensdrecht. Eén bezit kwam ik tegen: een weiland genaamd D11 in het ‘Hoogerheidensche Laag’. Dit perceel lag dicht bij een plas óp de Brabantse Wal, in de buurt van ‘t Marktje bij Woensdrecht-dorp.

Adriaan van den Eijnden, smid uit Woensdrecht

’het Hoogerheidensche Laag’

  • D11: weiland
eijnden

Afbeelding: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed.

eijnden2

Originele afbeelding: Google.

vandeneijndenA vennetje

Het meertje waar Adriaan zijn weiland aan had is mogelijk hetzelfde als op deze foto uit een ansichtenboek. Het bijschrift luidt: “gaan we de Nieuweweg verder af dan komt men achter het monument om op de doodlopende straat Het Marktje. Op het einde van deze weg lag tegenover nummer 57 tot 1945 het mooie diepe ven “De Weel”. Dit ven is in dat jaar gedempt met het puin van door oorlogsgeweld verwoeste woningen. Rond “de Weel” speelt de legende van “de Snoek met het Gareeltje”. Deze naam leeft voort in de carnavalsvereniging “De Snoeken”. (Afbeelding: Hoogerheide en Woensdrecht in oude ansichten, H. Jacobs, L.W. Lijmbach, Europese Bibliotheek Zaltbommel)

Gaan we door met Christiaan de Vos (*Woensdrecht, West-Brabant, 1782, ✞ Woensdrecht of Hoogerheide, West-Brabant, 17/11-1838), broer van Jacobus de Vos uit mijn artikel over Putte. Ik probeer al een tijdje de familie de Vos te plaatsen in de Zuidwesthoek; deze Christiaan woonde aan de weg naar Ossendrecht. Bij de geboorte van zijn zoon Corneille in 1813 worden hij en zijn vrouw Veronica Rommers vermeld als woonachtig te Hoogerheide, dus dit zou goed kunnen kloppen.

Christiaan de Vos, kleermaker uit Hoogerheide

Hoogerheiden

  • D213: tuin
  • D214: huis en erf
devosc

Afbeelding: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed.

Net iets daarboven lagen percelen D209 en D210. De eigenaar van deze grond viel me op, omdat ik de familie eerder tegenkwam in het boek ‘Hoogerheide en Woensdrecht, toen en nu’, van dhr. Moors. Het gaat hier om een familie van veehandelaren, die zover ik weet de enige joden waren in de 19e-eeuwse Zuidwesthoek (let op! ik ben hier wel wat afgedwaald van het kadaster merkte ik achteraf).

Salomon Nathan Frank, uit Hoogerheide

Hoogerheiden

  • D209: tuin
  • D210: huis en erf

Wat ik vooral zag toen ik eerder werkte met joodse stambomen was dat zij vooral eind 18e eeuw vanuit het huidige Duitsland naar de Nederlanden kwamen, of ze nu naar Amsterdam, Eindhoven of Hoogerheide terecht gingen. Dat is voor deze familie in ieder geval wel zo. Beginnen we met Lazarus Levi (aangenomen naam Van Broek), geboren rond 1730 in Wallhausen bij Kreuznach (Rijnland-Palts, Duitsland) en zijn vrouw Elisabeth Salomon. Zij kregen een aantal kinderen die in de hele regio terug te vinden zijn (bron: hoofdzakelijk de stamboom Goudsmit).

  • Isaac Lazarus van Broek (*Wallhausen, Duitsland, 1755, ✞ Breda, West-Brabant, 10/12-1823), kwam terecht in Zundert.
  • Sara Lazarus van Broek (*Wallhausen, Duitsland, 1756, ✞ Woensdrecht, West-Brabant, 4/10-1840), kwam terecht in Woensdrecht of Hoogerheide, zie verder in onderstaande alinea.
  • Schoontje Lazarus van Broek (*Wallhausen, Duitsland, 1761, ✞ Zandvliet, Antwerpen, België, 8/10-1835). Zij trouwde met de Zandvlietse slager Gerrit Jacobs en overleed te Zandvliet in 1835.
  • Levi Lazarus van Broek (*Wallhausen, Duitsland, 1762, ✞ Scherpenisse, Tholen, Zeeland, 25/4-1831), kwam terecht in Scherpenisse en was daar koopman en ‘vleeschhouwer’.
  • Salomon Lazarus van Broek (*Wallhausen, Duitsland, 1764, ✞ Bergen op Zoom, 6/2-1853), huwde een joodse vrouw uit Bladel en kwam terecht in Bergen op Zoom. Hij was koopman, en grondeigenaar, want ik ben hem als zodanig tegengekomen in dit deel van ‘t kadaster te Woensdrecht en meermaals te Halsteren.

Zoals gezegd gaan we verder met Sara Lazarus van Broek. Zij trouwde met Nathan Salomon Frank (*’Frankenland’, ergens in Duitsland, rond 1759, ✞ Woensdrecht, West-Brabant, 10/8-1847). Van beiden is dus te Woensdrecht een overlijdensakte te vinden. Nathan was rentenier bij zijn overlijden, en het ‘Frankenland’ als plaats van geboorte is ook uit die akte afkomstig. Sara was rentenierster bij haar overlijden, en bij haar overlijden werd niet Wallhausen maar Wiesbaden als plaats van geboorte opgegeven, wat niet heel vreemd is, aangezien ‘t veel grotere Wiesbaden op een kleine vijftig kilometer van Wallhausen ligt.

frank

De overlijdensakte van Nathan Salomon Frank, 1840. De aangifte werd gedaan door zijn twee zoons. (Afbeelding: RHC ‘t Markiezenhof)

Er zijn twee zoons bekend van het echtpaar, waaruit ook blijkt dat ze een tijdje te Stabroek gewoond hebben. Zoon Salomon Nathan Frank werd op 2 december 1796 aldaar geboren. Hij trouwde op 23 juli 1818 te Bergen op Zoom met zijn nicht Elisabeth of Isabella Salomon van Broek, dochter van oom Salomon Lazarus van Broek uit ‘t rijtje hierboven. Salomon Nathan Frank was koopman en winkelier en overleed op 9 februari 1879 te Woensdrecht. Hij is degene die in het kadaster vermeld wordt, óf misschien zijn vader, maar dan werd diens naam verkeerd geschreven/omgedraaid.

De andere zoon, niet vermeld in de stamboom Goudsmit, was Levi Salemon Frank, geboren in de gemeente Woensdrecht rond 1820 (geen geboorteakte gevonden), aldaar overleden op 6 april 1885. Hij was veehandelaar en bleef hoogstwaarschijnlijk ongehuwd. En hij is degene die voorkomt in het boek van Marcel Moors.

frank2

Afbeelding: ‘Hoogerheide en Woensdrecht, toen en nu’, M. Moors, uitgeverij Van Geyt Productions.

De het bijschrift bij deze foto luidt: “Het woonhuis van slager Jac. Theuns en zijn vrouw Verhaert stond aan de Ossendrechtseweg vanaf de Putseweg het derde huis links. Daarvoor woonde hier de Joodse veehandelaar Levi Salomon Franck. Slager Theuns had 12 kinderen en was acht jaar slager geweest in Antwerpen. Na Theuns kwam de limonadefabrikant Leon Snepvangers hier wonen.” En wat blijkt, als we naar het kadaster kijken? Het ‘derde huis links aan de Ossendrechtseweg vanaf de Putsweg’, op de foto hierboven afgebeeld, ís perceel D209. Oftewel, voor dat Levi Salomon Frank erin woonde was het pand eigendom van zijn broer, óf van zijn vader. 

Als laatste even naar de boerderij van mijn betovergrootouders Fons de Dooij en Cornelia de Vos (zie kwartierstaatnummers 26 en 27). Deze lag aan de Huijbergsebaan te Hoogerheide, en ik probeer te achterhalen hoe oud dit huisje was en hoe lang ze in bezit van de familie de Vos was. Twee percelen aan de Huijbergsebaan zouden de locatie van dit huisje kunnen zijn: D254 en D261. Beide percelen worden in de lijst van eigenaren aangegeven als ‘s Rijks domein’. Van D261 werd gezegd dat het bouwland was, maar aan de straatkant is toch duidelijk bebouwing te zien. En waarom was er daar bouwland in eigendom van de overheid? Wordt ongetwijfeld vervolgd..

devos-kadaster

Originele afbeelding: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed.

Supervlaams: Putte in 1811-1832

grens

Sinds Watwaswaar per 1 januari dit jaar opgeheven is, staat er een hoop online op de website van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Voor deze serie duik ik in het kadaster over de periode 1811-1832. Welke grond bezaten mijn voorouders? Waar op die grond woonden zij misschien? Aan de hand van de topografische atlas 1836-1843 probeer ik ook uit te leggen wat de “aardrijkskundige context” was van deze grond. Vandaag deel 9 van deze serie: Putte sectie A t/m C: de gehele gemeente PutteKlik hier voor de voorgaande delen en de overzichtskaart

Het dorp waar men vroeger doorheen reed op weg naar Antwerpen en waar men midden in ‘t centrum ‘t paspoort moest laten zien. Putte, of eigenlijk ‘Put’ in Brabants, was tot 1997 een eigen gemeente, tot het met de gemeenten Woensdrecht, Ossendrecht en Huijbergen fuseerde tot de gemeente Woensdrecht. Waar Woensdrecht, Hoogerheide, Huijbergen en Ossendrecht genealogisch gezien veel overeenkomsten vertonen, veel dezelfde families, enzovoorts, is er in de Zuidwesthoek een speciaal plekje voor Putte.

Putte is een groot dorp, ongeveer 15.887 inwoners. Het noordelijke deel is Nederlands, het zuidelijke deel is Belgisch/Vlaams/Antwerps, en verdeeld over de gemeente Stabroek en de gemeente Kapellen. In tegenstelling tot wat men misschien zou verwachten, liep deze grens ook in de tijd van het kadaster al door ‘t dorp, toen tussen de provincies Noord-Brabant en Antwerpen. Sterker nog, deze grens loopt al door ‘t dorp sinds de tachtigjarige oorlog, het noorden bij bezet Staats-Brabant en ‘t zuiden was Spaans en later Oostenrijks. Uit die tijd komt ook ‘t verhaal van de schilder Jacob Jordaens. De grens doet de twee ‘Puttes’ nog altijd duidelijk van elkaar verschillen, Putte-Woensdrecht heeft een beduidend Nederlands karakter, nog meer dan de andere dorpen in de Zuidwesthoek, waar Putte-Kapellen en Putte-Stabroek Vlaamse dorpen zijn zoals alle andere. In de tijd waarvan ik ‘t kadaster onderzoek, 1811-1832, is er iets opvallends te zien. Allereerst is er geen ‘België’ te bekennen. Het andere deel van het dorp wordt gemeente Stabroek genoemd, en provincie Antwerpen. ‘t Belgisch koninkrijk werd immers pas in 1839 erkend door Willem I: de staat bestond in de laatste twee jaar die het kadaster omvat simpelweg nog niet in de ogen van de kaartenmakers. Meer opvallend is dat álle grondeigenaren in Putte-Woensdrecht óf uit Putte zelf kwamen, óf uit Vlaanderen, en dan vooral uit Antwerpen of de dorpen ten noorden daarvan: Stabroek, Lillo, Hoevenen, Berendrecht. Slechts één kwam er uit een ander Noord-Brabants dorp, daarover verderop meer. Hieronder een lijstje van alle grondeigenaren uit de periode op alfabetische volgorde. Een voorouder van u erbij, misschien?

  • Jan Baptist Aerts uit Putte
  • Adriaan Antonisse uit Berendrecht
  • Egidius Braeckmans uit Putte
  • Pieter Braeckmans uit Putte
  • Adriaan de Beukelaar uit Putte
  • Walterius Bogaerts uit Borgerhout
  • weduwe Jan Bruinzeels uit Putte
  • Jan Francis Claassens uit Putte
  • Jan Baptist & Anna Catharina Claessens uit Putte
  • Francis Arnoldus Dons uit Hoevenen
  • Gerardus van Dooren uit Putte
  • Cornelis Dries uit Putte
  • Jan Baptist Gabriels uit Lillo-Kruisweg
  • Pieter Geenings uit Putte
  • Eduard le Gras, uit Borgerhout
  • Willem Greefs, uit Stabroek
  • Willem Govers uit Putte
  • Elisabeth Gysen uit Putte
  • Francis Gysen uit Hoevenen
  • Josephus Gijsen uit Putte
  • erven Philippus Gysen uit Putte
  • Maria Catharina Hanssen uit Stabroek
  • weduwe Jan Hendricks uit Putte
  • Simon Hofkens uit Stabroek
  • Maria Hondermarck uit Antwerpen
  • weduwe Pieter van Hooydonk uit Putte
  • weduwe Cornelis Huysmans uit Lillo
  • weduwe Adriaan Jansen uit Putte
  • Egidius Josephus Janssens uit Putte
  • Pieter Jaspers uit Putte
  • Josephus Joossen uit Putte
  • Francis van Kamp uit Putte
  • Cornelis Karstens uit Putte
  • Jan Baptist Lambrechts uit Putte
  • weduwe Pieter Jan Leenaers uit Putte
  • weduwe Pieter Lemmers uit Putte
  • weduwe Cornelis Leys uit Putte
  • Dominicus Leys uit Putte
  • Wilhelmus Leys uit Putte
  • Adriaan van Linden uit Antwerpen
  • Pieter Marien uit Putte
  • Jan Mattheeusen uit Stabroek
  • Theresia Meeus uit Antwerpen
  • Jan Louis van de Moer uit Putte
  • Andries de Moor uit Putte
  • erven Anthony de Moor uit Putte
  • Cornelis Mous uit Stabroek
  • Guilelmus Mous uit Hoevenen
  • Adriaan Nuys uit Putte
  • Jacobus Peeters uit Putte
  • baron Ph. Cs. Ant. Jos. de Pret uit Antwerpen
  • Maria Theresia de Ram uit Putte
  • Pieter Rul uit Putte
  • Jan Baptist Teunen uit Putte
  • Pieter Paulus Teysen of zijne erven, uit Putte
  • Guilelmus Theuns uit Putte
  • weduwe Machiel Theuns uit Stabroek
  • Verbiest uit Antwerpen
  • Adriaan Verbiest uit Berendrecht
  • Jan Baptist Verbiest uit Lillo-Kruisweg
  • Josephus Verbiest uit Putte
  • Jan Baptist Verdijk uit Putte
  • Adrianus Verhoeven uit Stabroek
  • Hendrik Verstraeten uit Putte?
  • weduwe Jan Francis Verstraten uit Hoevenen
  • Jacobus Vervoort uit Ilegem (?)
  • Jacobus de Vos uit Ossendrecht
  • de erven Jan Francis van de Wouwer uit Putte

Slechts één van hen kwam dus uit een ander Nederlands dorp: kleermaker de Vos, uit Ossendrecht. Het gaat hier om mijn voorouder Jacobus de Vos (*Woensdrecht, West-Brabant, 11/2-1764,✞ Ossendrecht, West-Brabant, 6/7-1836, kwartierstaatnummer 216). Twee zoons van hem en de Veronica de Groof (* Berendrecht, Antwerpen, België, 10/10-1776, ✞ Ossendrecht, West-Brabant, 14/4-1858, kwartierstaatnummer 217) in mijn bestand werden te Putte geboren. Johannes Wilhelmus de Vos (*Putte, West-Brabant, 19/7-1810, ✞ Bergen op Zoom, 15/6-1883, schoonvader van B183) en Jan Baptist de Vos (*Putte, West-Brabant, 17/4-1814, ✞ Ossendrecht, West-Brabant, 30/11-1876, kwartierstaatnummer 108). Van het echtpaar De Vos wist ik dat ze te Woensdrecht woonden in 1796, te Putte in 1800, 1803, 1804, 1807 en 1814 en op het Hondseind te Ossendrecht in 1830. Bij de geboorte van zijn zoon Jan Baptist in 1814 woonde zij dus in Putte, wat daar ook vermeld wordt, en waren Puttenaren Cornelis Teijsen en Jan Gijsen getuige; de akte werd ondertekend door burgemeester E. Braeckmans. Laatste komt voor in de bovenstaande lijst van grondeigenaren, Teijsen en Gijsen niet maar hun achternaam wel, familie waarschijnlijk.

Jacobus de Vos, kleermaker uit Ossendrecht

’ten oosten van de Putsche straat’

  • B258: tuin
  • B259: huis & erf
devosj

Afbeelding: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed

Ik had verwacht dat De Vos, vanwege het ontbreken van enig genealogisch verband met Putte, ergens tegen de gemeentegrens met Ossendrecht gewoond zou hebben, maar het blijkt midden in het dorp te zijn geweest. Althans, dat is waar hij een huis, erf en tuin bezat. 

devosj2

Dit kaartje is ongeveer naar ‘t oosten gezien. (Afbeelding: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed)

De afstand tussen het huis van De Vos en de grens is slechts een paar meter, het lag aan de Klavetterstraat. Opvallend aan dit kaartje is dat de kerk aan de Nederlandse kant van de grens mist: de grens was toen immers nog gewoon een provinciegrens. De grote straat wordt verderop op de kaart benoemd als de hoofdroute tussen Bergen op Zoom en Antwerpen, toen al dus. Midden op die weg zien we rechts een stippellijntje, dat is denk ik de gemeentegrens tussen Kapellen en Stabroek.

De familie De Vos mag dan heel wat jaren in Putte doorgebracht hebben; in 1830 waren ze weer terug in Ossendrecht. Misschien zag Jacobus ‘t niet zitten om de smokkelaars door z’n tuin te zien rennen?

(Headerafbeelding bovenaan: Mapio/maker onbekend. Meldt u even.)